Voor het meinummer van stedebouw&architectuur mocht ik mijn 10 favoriete herbestemmingen op een rijtje zetten. Leuk om te doen, vooral omdat je moet gaan nadenken over wat je bijzonder of belangrijk vindt. En leuk om weer even langs te gaan bij sommige projecten. Zoals de Lugerhof in Lichtenvoorde. De kerk waar van mijn aannemer-opa en oma naar toe gingen – tenminste vanaf 1970, daarvoor gingen ze naar de grote kerk – en de kerk waar ik als kleine jongen nogal eens kwam. Als er geen neefje of nichtje werd gedoopt, communied of gevormd dan was er wel een oom en tante zoveel jaar getrouwd. Ik vond het toen al een bijzondere kerk. Modern, vierkant, een soort omgekeerde schoenendoos die werd opgetild zodat de kerkganger naar buiten kon kijken, de tuin in. Niet te ver, want die tuin was wel weer ommuurd. De banken waren wel ouderwets hard, kan ik me herinneren. De kerk heeft de ontkerkelijking in de snel-vergrijzende achterhoek niet kunnen keren. Wat AtelierPro er vervolgens mee gedaan heeft, is echt bijzonder. Het dak is eraf – zoals architect Gerard Schouten de kerk het liefst had willen maken – maar de wanden zijn nu de gevels van de woningen. De kerk is een binnenplaatsje geworden. Het bijzondere is dat de kerk er daardoor nog gewoon is. Behalve het dak dan, maar je hoeft niet gelovig te zijn om te bedenken dat je zonder dak weer net iets dichter bij de hemel bent. Waar AtelierPro hun inspiratie vandaag heeft lees je hier.

Naar aanleiding van de vraag van S&A weer even langsgereden, foto’s gemaakt en prompt kwam er een bewoner even het binnenplaatsje op om een praatje te maken. Hij woonde er vanaf de verbouwing, en was nog elke dag blij met zijn huis met fantastische serre. Hij vertelde ook dat er  geen week voorbij ging of er kwamen wel mensen kijken, En nog veel meer bijzondere verhalen. Dat de architect van de kerk – uit buurdorp Groenlo – luiken in de gevels had ontworpen, want vogels moesten in en uit kunnen vliegen. Dat er toch gaas voor gekomen is, want vogel-p op het nette zondagse pak was toch niet zo praktisch. Dat de architect – Gerard Schouten – eigenlijk een dorpsplein had willen maken, zo open mogelijk. En over de steen die ik aan het fotograferen was, wist hij te vertellen dat het wijwater dat er in opgevangen werd, regenwater was waarvoor de architect eigenhandig een gat in het dak had gezaagd. En – en daar was hij trots op – dat dit de originele steen was. Die was namelijk bij de verbouwing zoekgeraakt, meegenomen naar Nijmegen. Maar iemand had de steen herkend en toen hebben ze de originele steen weer opgehaald.

Nou moet u drie dingen weten. Het eerste is dat achterhoekers graag een beetje aan de haal gaan met verhalen, eens zien wat er gebeurt [kiekn wat wot], beetje ouwehoeren. U kent vast nog wel die verslaggever op zoek naar verhalen over Klaas-Jan Huntelaar die niet doorheeft dat hij diens vader staat te interviewen. Klaas-Jan? Ja, die ken ik wel. Kwam hier vaak over de vloer. Het tweede is dat Groenlo en Lichtenvoorde een beetje haat-en-nijd is, dus een architect uit Groenlo? En het derde is dat mensen in Lichtenvoorde – door Grollenaren tenminste – keienslöppers genoemd worden. Keienslepers. Naar een enorme steen die honderd jaar geleden naar het stadcentrum schijnt te zijn  gesleept en daar nu nog te bewonderen is [kiekn onder de Leeuw]. Ik bedoel maar: ik sta er niet voor in dat alle informatie hier allemaal historisch correct is, maar een mooi verhaal is het wel. En een mooie herbestemming zeker.

AtelierPro was zo aardig om de top 10 online te zetten.